Op Allerzielen worden de overledenen herdacht. Er is een Allerzielendienst, de namen van de overledenen worden voorgelezen en de graven worden gezegend. Dit jaar was er i.v.m. de corona-maatregelen een aangepaste viering.
Rooms-Katholieke gedenkdag
De traditie van Allerzielen is waarschijnlijk ontstaan omstreeks het jaar 1000 in de benedictijnenabdij van Cluny, in Frankrijk. De abt van dat klooster bepaalde dat in alle kloosters, die aan de orde verbonden waren, op de dag na Allerheiligen, de gestorvenen herdacht moesten worden. In de 14e eeuw werd Allerzielen een algemeen Rooms-Katholieke gedenkdag.
De zonden en het vagevuur
Volgens het katholiek geloof worden na de dood lichaam en ziel gescheiden. De ziel gaat naar de hemel, het vagevuur of de hel. Daar wachten ze op de “jongste dag”; de dag waarop lichaam en ziel weer verenigd worden.
Heb je zware zonden begaan, dan ben je reddeloos verloren en ga je naar de hel. Heb je minder zware zonden begaan en zijn die nog niet vergeven, dan komt de ziel in het vagevuur. Ze wordt daar gelouterd, dat wil zeggen gezuiverd. Tijdens de Allerzielenviering herdenken we de overledenen, maar krijgt de ziel ook hulp van de nabestaanden. Door te bidden en een kaars- en bloemenoffer wordt de overledene getroost en ondersteund. Na het louteringsproces komt de ziel in de hemel terecht.
De namen van de overledenen
Tijdens de Allerzielendienst worden de namen voorgelezen van de overledenen van dat jaar. Ook worden de graven gezegend. Dit jaar was er in Heel i.v.m. de corona-maatregelen geen dienst. Op zondag 25 oktober was er wel een gebed op het kerkhof en een zegening van de graven.