Witte Donderdag was in vroeger tijden een drukke periode voor misdienaars maar, er waren niet alleen lasten.
In de week van Witte Donderdag plaatsen we een verhaal van Piet Lemmens uit Heel. We kregen het deze week aangereikt. Piet was, van 1932 tot 1940, zelf misdienaar. Daarover heeft hij een aantal wetenswaardigheden op papier gezet. Een gedeelte gaat over de lasten en lusten tijdens Witte Donderdag. We plaatsen het – in een bewerkte versie – als blogverhaal in deze paasperiode.
Witte Donderdag
Het misdienaarschap gaf het hele jaar door verplichtingen. Daarnaast leverde het echter tijdens de Witte Donderdag ook voordelen op.
Luiden en trumpen
Op Witte Donderdag begonnen de missen in alle vroegte. De klokken werden vanaf die dag tot Paasdag niet meer geluid: “Ze gaan naar Rome”, werd dan gezegd. De misdienaars moesten, tot en met paaszaterdag, de “lui-taak” van de klokken overnemen.
Vóór elke mis moesten de misdienaars door het dorp lopen en met een klepper aankondigen dat er een dienst was. Klepperen van de kerk naar Burgerhout (óngeraan in Hael) werd “luiden” genoemd, de weg terug heette dat klepperen “trumpen”.
Foto: De klepper
Op Goede Vrijdag moest je al om half zes ‘s-ochtends met de klepper op pad, want om 6 uur begonnen de diensten.
Van de kleppertraditie is indertijd door een journalist van De Limburger Koerier een foto gemaakt waarop misdienaars Piet Lemmens en Bair Scheepers afgebeeld staan, zittend in de galmgaten van de kerktoren. De foto stond destijds in alle Limburgse “gazetten”.
Paaseieren klepperen
Traditiegetrouw gingen de misdienaars op Witte Donderdag de huizen langs (inclusief Pol en Panheel) om paaseieren op te halen. Dat was voor misdienaars een beloning voor een jaar lang trouwe dienst. Als misdienaar hoefde je dan niet naar school maar je ging met de klepper van deur tot deur. Als er opengedaan werd klonk het in koor: “Hubbe de hoonder good gelagtj?”. Als de bewoner of bewoonster dan antwoordde: “wae hubbe gein hoonder”, dan kreeg die te horen: “den hiët d’n haan tog waal geldj gesjeete!”.
Op Witte Donderdag haalden we, met z’n vieren, zo’n 400 à 500 eieren op, dat waren meer dan 100 eieren per misdienaar! Het gebruik wilde dat pastoor, kapelaan en de koster van iedere misdienaar 10 eieren kreeg. Verwacht werd dat ze daarvoor een vergoeding van een dubbeltje per ei betaalden.
Foto: Met de klepper op weg naar Pol
Een taak als misdienaar was in de paasperiode best wel interessant. Want een klepperronde leverde, naast de vele eieren ook nog eens enkele guldens per misdienaar op.
Lees ook ons eerder blogverhaal over paasklokken.